Goede Mens van Sezuan

Ze vinden bij niemand onderdak behalve bij het hoertje Shen Te. Zij biedt de goden een slaapplek aan ook al is dat rampzalig voor haar zaken. De goden belonen haar met geld, genoeg om een winkel te huren.

Maar zodra haar winkel open is, komen er allerlei mensen om van haar rijkdom te profiteren. Shen Te is te goed om nee te zeggen. Daarom vermomt zij zich als haar denkbeeldige neef Shui Ta. Als Shui Ta stelt zij orde op zaken, wijst mensen de deur en laat ze in haar winkel werken.

Als Shen Te verliefd wordt op een vliegenier, dreigt het noodlot toe te slaan. De problemen stapelen zich op en uiteindelijk kan Shen Te niet anders doen dan haar dubbelleven aan de goden op te biechten.

Het wordt een ongewoon sprookje : ”om een goed mens te blijven, heeft toch iedereen een “neef” nodig die minstens één keer per maand langskomt”.